Lieve vrienden,
“Pap, hoe vind je mijn nieuwe bikini?”
“Ja, dat kan wel, zolang de souflaki kilo’s er nog niet bij zitten. Maar uh rustig aan hè, met je koningsblauw. Doe maar die prinsessen roze”.
“Vind je mijn nieuwe schoenen ook mooi?”
“Tuurlijk. Sexy zelfs, staat goed, schoenen met plateauzolen. Daar sta je stevig in en dat scheelt weer schoenmakerskosten, als we terug zijn”.
“Lieverd, denk je dat we mijn moeder ongezien aan boord kunnen krijgen?”
“Vast wel. We gaan wel om haar heen lopen. Maar niemand weet ervan.
Alleen die lange slungel met dat ouderwetse brilletje, maar die zegt toch niks”.
“Pap, gaan we vanavond in die tent eten waar die mooie man werkt, je weet wel, die mij dat kettinkje gaf?”
“Als je moeder en oma dat goed vinden, want het past niet echt in hun dieet en straks passen al die dure jurken niet meer, de jurken die jij ook niet aan kunt”.
“Lieverd, ik krijg net een berichtje. Het volk heeft het gemerkt.
Iemand heeft ons op zien stijgen en nu worden er vragen gesteld”.
“Nou, dan gaan we straks met de boot naar een afgelegen eiland om te eten…”
“Pahap, daar is het code oranje”.
“Oh, dat is leuk, dat ze het voor ons al versierd hebben”.
“Nee pap, daar mogen we niet heen, want dan betaalt onze reisverzekering niet, als we besmet worden”.
“Uh, besmet????”
“Waarmee????”
“Pahap, waarom heb je nou dat mondkapje op met ons oranje geborduurde logo?”
“Nou, omdat ik toch niks te vertellen heb”.
“Nee pap. Om geen Corona te krijgen”.
“Nee, dat hoeft ook niet want ik heb al een kroon”.
“Lieverd, je moeder aan de lijn”.
“M’n moeder?? Wat wil ze, want de boot ligt te wachten. Ik had m’n telefoon toch uitgezet?”
“Ja, moeder? Hoezo terug? Kan die lange niet regelen, dat we kunnen blijven?
We hebben afspraken en we hebben verschillende mensen beloofd om met ze op de foto te gaan.
De meiden hebben net hun nieuwe bikini’s aan en ik krijg ruzie met je schoondochter, want ik heb haar wat nieuwe glimmertjes aan haar armband beloofd.
Dus morgen met het vliegtuig van mijn baas naar huis? Ja, ik kan nog personeelstickets krijgen.
Nee moeder, die kosten bijna niks, maar er moet wel plek zijn. Nee, ik vlieg niet zelf, want ik heb vakantie.
Maar kun je die lange nou niet even bellen dat hij het regelt, zodat we kunnen blijven?
Nou, vooruit dan maar. Stuur je wel even een busje om ons van het vliegveld te halen? We moeten alles uit de ijskast mee terug nemen, want anders bederft het.
Dus dat zetten we wel in de PH-GOV en de koffers ook, want anders moeten we overgewicht betalen”.
“Pap, je moet een mondkapje op in het busje”.
“Hou je mond over die mondkapjes. Door die flauwekul is m’n hele vakantie naar de knoppen. Nou, die lange verzint maar iets. Het is zijn pakkie-an.
Dat gezeur altijd.
Had ik maar een vak geleerd!!!!!”
“Ja, maar.......?”
Met hoopvolle groet en blijf gezond,
Rietje
Geen opmerkingen:
Een reactie posten