Lieve vrienden,
Vanmorgen las ik een verhaaltje van iemand, die heur haar verschroeide door ermee in de vlam van een brandende kaars te hangen.
Ze was erg geschrokken, maar ze had gelukkig geen kunstvezel pruik op.
Toen ik werkzaam was bij de KLM moest ik ieder jaar een Flight Safety examen doen. Onderdeel daarvan was, het op verschillende manieren leren blussen van een kleine of iets grotere brandjes. Dat gebeurde in een groot zwartgeblakerd hok, waar altijd een brandlucht hing.
Dat vond ik niet erg, want in die tijd rookte ik als een schoorsteen en ik rook naar een overvolle asbak op de late avond. Als roker heb je er helemaal geen erg in dat je naar rook ruikt. Je weet niet, dat een niet roker het op grote afstand ruikt. Echt je hebt geen idee.
Verbaasd vroeg ik me altijd af, waarom een arts altijd vroeg hoeveel ik rookte en niet OF ik rookte. Ik kwam tenslotte net onder de douche vandaan en had schone kleding aan. Lieve rokers: het komt uit je poriën!!!!
In Frankrijk wordt het vermengd met een kaasgeur en in Turkije met de penetrante knoflookgeur. Walgelijk....Maar ik dwaal af.
Je ruikt het en ziet het aan de grauwe huidskleur van de roker. Soort asblond, maar dan op je gezicht. Dus rokers, dan weet je het. Ik rook al 18 jaar niet meer en als ik kon stoppen, kunnen jullie het zeker.
Brandblussen dus....
Na jaren oefenen raak je er zeer bedreven in en weet je instinctief hoe je een bepaald brandje moet blussen. Bekertje water erover, wollen deken/blusdeken erover, brandblusser gebruiken of toch maar 112 bellen.
Op tijd ontdekt is de schade meestal te beperken.
Ik heb overal rookmelders in huis en naast de slaapkamer ramen gietijzeren kandelaars, om het raam stuk te slaan, als er brand is bij de trap. En uh, nooit de wasdroger aan laten staan als je niet thuis bent.
Ooit, bij een feestelijke gelegenheid in het huis van mijn schoonmoeder, was alles in gereedheid gebracht om te fonduen. Heerlijk vlees, stokbrood sausjes, salade. Gezellig! Een spiritusbrandertje geplaatst op een houten onderzetter hield de hete olie in de emaille fonduepan op temperatuur.
Het fonduestel had z’n beste tijd allang gehad en het brandertje vertoonde zo hier en daar wat roestplekjes. Je raadt het al: er drupte spiritus op het houten plankje van het fonduestel. En er ontstonden wat vlammetjes.
Mijn heldhaftige, doch lijkbleek weggetrokken, schoonbroer riep heel hard:
“Brand!!!” en gooide met een zwier het raam open, met het plan, het hele zootje naar buiten te kieperen. De nylon vitrage wapperde de kamer al in.
Nog net voordat hij de pan met brandend plankje op kon pakken, had ik de olie afgedekt met een snel gepakt deksel en doofde ik het vuur op de plank door het te smoren met een katoenen theedoek. Gewoon zonder in paniek te raken.
Mijn schoonmoeder had een elektrisch fonduestel, nog ongebruikt, in de doos staan. Deze werd niet gebruikt, omdat ze dat moderne ding verafschuwde. Zo hoorde het niet. Ze vond het andere altijd zo knus, vanwege het brandertje en het vlammetje….
We hebben het vet overgeheveld in de elektrische pan en zijn doorgegaan met de kostelijke vleesfondue. De in paniek ontstane bende, hebben we later opgeruimd.
Het oude fonduestel, oranje met paarse bloemen erop geprint, werd klaargezet voor bij het grofvuil. De volgende morgen was het meegenomen door een morgenster.
Ik hoop van harte dat ze de pan als retro bloempot wilde gebruiken...
Met hoopvolle groet,
Rietje Stelder
Geen opmerkingen:
Een reactie posten