maandag 31 augustus 2020

Jordanees dialect

Lieve vrienden,

 

Omdat ik een lijstje heb van de Jordanese telefoon-spellingswoorden, wil ik proberen een verhaaltje te schrijven met deze woorden. Ik hoop dat het een beetje te begrijpen is. 

 

~ABC~

 

Toen ik nog een klein meisje was, mocht ik een nachtje blijven slapen bij de tantes. 

Ze hadden een plekje voor me gemaakt in het *Alkoof. 

Gelukkig was de *Boldootkar net geweest, want er hing altijd een Gore lucht. 

Wij hadden thuis gewoon een wc, die aangesloten was op het riool. Op de tafel lag een *Casavie, dat mijn vader neergelegd had voor een chocolaatje bij de thee. 

Door het raam zag ik een drijfsijs op de walkant van de gracht zitten. *Emmes vond ik dat. 

 

Op de hoek stond een groep jonge mannen bij elkaar. 

De tantes zeiden, dat het *Falderappes was. Maar volgens mij waren ze ook best *Goochem. Mij leken ze in ieder geval leuk. 

Ze hadden voor een *Habbekrats een motorfiets op de kop getikt en hun moeders werden er helemaal *Ibbel van. 

Dat geronk, wanneer ze de gashendel opendraaiden, maakte te veel kabaal en het stonk ook naar de uitlaatgassen. 

Een van de jongens zou ik nog steeds herkennen, want hij had een *Joekel van een bult op z’n *Kanis. Hij zag er gluiperig uit en leek mij een echte *Linkmiegel. 

Er viel flink wat *Majem uit de lucht en ze gingen maar eens kijken of ze ergens konden schuilen. Maar er was helemaal geen plek voor de groep jongens. 

Na het opknappen van de motorfiets hadden ze ook nog eens geen cent te makken. Helemaal *Noppes. 

Toen ze een plek vonden in een portiek werd ze te kennen gegeven, dat ze weg moesten wezen. *Opzouten jongens!

 

In de verte kwam de orgeldraaier aangelopen. 

Het was vandaag geen weer voor z’n *Pierement. 

Die orgelman was een echte *Querido, zulke mooie verhalen kon hij vertellen. 

Met name over de dansende mensen rond z’n draaiorgel, met daartussen toch af en toe een *Rauser. Dan hoopte hij altijd op een goede afloop en zette het nummer: Oh *Sabberiejosia, maar weer eens in. 

Dan was het gauw weer een dolle boel rond het orgel. Links om, rechtsom....

 

Als hij weer thuiskwam, werd de orgelman altijd een beetje droevig van het zootje *Tinnef, dat bij hem in huis stond. 

Nee, een vetpot was het niet voor de orgeldraaier. 

Maar omdat hij in z’n *Uppie was, redde hij het net. Zolang hij maar genoeg kolen voor z’n *Vonkert kon kopen, dan hoefde hij niemand een *Watjekouw te verkopen om met z’n *X-baanders bij het vuurtje te zitten en kon hij zonder *IJlie te maken, zeggen dat hij met de koop van de vonkert geen * Zeperd had gehaald. 

 

Toen ik dit hele verhaal had verzonnen, zei ik tegen de tantes, dat ik toch wel graag bij m’n vader en moeder wilde slapen. Gewoon in m’n eigen opklapbed, dat verstopt stond achter het gordijn van gele dobby stof. 

De tantes, die wisten dat er anders geen land met me te bezeilen zou zijn, brachten me met de tram naar huis. Daar kregen ze een lekker kopje thee met een stukje boterkoek, die mijn moeder net gebakken had. 

Toen ik al in mijn eigen bedje lag, liet mijn vader een taxi komen voor z’n zusters. 

Ik weet zeker, dat ze onderweg nog wel wat na gebabbeld hebben over dat kleine loeder, dat zonder ergens meer weet van te hebben, sliep als een roos in haar viyella pyjamaatje. 

 

Hebben jullie het kunnen volgen? 

Zo niet, dan stuur ik met plezier een woordenlijst op. 

 

Met hartelijke groet, 

 

Rietje

zondag 30 augustus 2020

Tot heil des Volks

Lieve vrienden, 

In de tijd van de kuilen, vroeger dus, gingen kinderen naar de bewaarschool. 
Dat hoorde ik mijn vader, die in 1900 geboren werd, vaak zeggen. 
Ik zag een foto voorbijkomen op internet van een pand in de Goudsbloemstraat in Amsterdam. 

Mijn aandacht werd getrokken door de tekst boven de deur. 
“Tot heil des Volks”. 
Omdat ik daar nog nooit van gehoord had en het woord heil altijd een rare smaak in de mond geeft, 
heb ik het maar even opgezocht. 
Een Christelijke organisatie, die zich vooral richt op evangelisatie en hulpverlening. Met Amsterdam als aandachtspunt. Deze organisatie werd in 1855 opgericht door de doopsgezinde predikant Jan de Liefde, die actief was binnen het “Reveil”. Een beweging die zich richtte tegen het rationalisme van de “Verlichting”. 
De organisatie richtte zich vooral op het arme gedeelte van de bevolking. En ja, armoede was er in de Jordaan. 

De beweging wilde de kinderen binnen de achterbuurten houden en ze enige beschaving bijbrengen en uiteraard het evangelie. 
Nou, gelukt, zou ik zeggen. 

Tot mijn stomme verbazing bestaat Tot heil des Volks nog steeds als hulpverleningsorganisatie voor onder andere prostitués, daklozen en verslaafden. Maar ook voor kinderen, die in armoede opgroeien. 
Die zijn er nog steeds hoor en door de crisis van dit moment, zullen het er zeker meer worden. 
THDV heeft een mooie manier om geld te verdien en, om daarmee hun werk te kunnen doen. Dat doen ze bijvoorbeeld met
“De wandelende tak”.
Onder begeleiding van een gids kunnen mensen een wandel- of fietstocht door Amsterdam maken en kennis maken met THDV. 
Hierbij wordt met andere ogen naar de stad gekeken. 
Voor aanvang wordt eerst gebeden voor de stad...
Ach, gewoon meedoen zou ik zeggen, kan geen kwaad in deze roerige tijden. 

Je kunt op deze manier heel veel over de oude stad leren, door er met andere ogen naar te kijken. 
Ik zou zeggen, zoek het eens op, op het internet. 

Zelf wist ik het niet. Had er zelfs nog nooit van gehoord. 

Nu heb ik een tipje van de sluier opgelicht en misschien mensen op een idee gebracht. 
Hoewel het nog niet aan te raden is om Amsterdam te bezoeken, is er nu misschien tijd om je eens in te lezen. 

Een kerkelijk type ben ik niet, maar het leek me toch de moeite waard om dit met jullie te delen. 

Met hartelijke groet,

Rietje


zaterdag 29 augustus 2020

Kweeperen

Lieve vrienden, 

 

Het is kweeperen tijd. Nog even een beetje groeien en dan kan het weer. Gelei maken. 

 

Geen idee, hoe vaak ik het al geprobeerd heb. 

Meestal was de zin al verdwenen na het schillen van één zo een peer. Keihard, die loeders. 

Als ik dan eindelijk de peren in stukken gesneden had en opgezet met water en suiker, hield ik een grove moes over. Een moes met een laxerende werking. Een moes, die in de verste verte niet op gelei leek. 

 

De gelei voor op de warm geroosterde boterham of op het stukje kaas. 

 

Een paar jaar geleden gaf ik iemand een zak kweeperen, om gelei te maken. 

Ik zou het recept krijgen. 

 

Voorzien van negatief commentaar kreeg ik een potje gelei. De peren van de Turkse winkel waren lekkerder. 

Wel kreeg ik het recept. 

 

Wat blijkt? Je moet de peren niet schillen en zeker het vruchtvlees niet eten. 

Kweeperengelei maak je van het kookwater, dik gemaakt met pectine, 

van de reform winkel. 

Dit jaar blijven de peren ter decoratie op een schaal. Want ze zijn natuurlijk prachtig van lelijkheid. 

 

En de gelei? Bij de grootgrutter, in minipotjes op de kaasafdeling. 

€0, 99….

 

Zal ik daar moeilijk over doen en als je nu denkt: wat zonde....

 

Geef even een belletje en neem een plukladder mee. 

 

Dan zal ik zorgen dat de poort van het slot is. 

 

Met fruitige groet, 

 

Rietje

 

vrijdag 28 augustus 2020

Uniformen

Lieve vrienden, 

 

Uniformen, witte jassen en mondkapjes. 

Het zijn vermommingen. 

Echt. 

 

Ik zat al met de mondkapjes in m’n hoofd, maar deze week zag ik een bekend viroloog op tv. Zij zit dikwijls in praatprogramma’s. Anna...

Nu zag ik haar in een witte jas...... ik herkende haar niet. Echt niet. 

Terwijl ze geen gezichtsbescherming droeg ofzo. 

 

Op Instagram zie ik foto’s van KLM-stewardessen in uniform en in hun normale kleding of sportoutfit. Zo vreemd. 

Bij de een denk ik leuk, bij de ander denk ik: DOE DAT BLAUWE PAK AAN!!!!

 

Kleren maken de man, luidt het spreekwoord. 

Of de vrouw natuurlijk. 

 

Criminelen krijgen op een foto een balkje voor de ogen, nadat ze eerst tijdens een overval een bivakmuts voor mond en neus droegen. 

Wonderlijk toch? 

Gelaatskenmerken kun je op verschillende manieren verhullen. 

Met verschillende bedekkingen. Zo is iemand onherkenbaar.

 

Wanneer iemand een mondkapje draagt, ga je je toch een voorstelling maken, van hoe iemand eruitziet. 

 

Zo was ik in een polikliniek waar artsen met mondkapjes liepen. Ik ook trouwens. 

Na afloop van de behandeling deed één van de artsen, die ik al meerdere keren ontmoet had, het kapje af. 

 

Ik dacht dat zij een beetje wipneus en vriendelijk lachende mond had. 

Ze was heel lief en gezellig. 

Toen ze haar vermomming afdeed, wist ik niet wat ik zag. 

 

Het was een heel andere vrouw dan ik voor ogen had, of juist niet voor ogen...

Ze zag er anders uit dan ik gedacht had. Heel anders. Waarschijnlijk dacht ze dat van mij ook. 

 

 

Maar als je die knappe dokter met die bruine ogen, in die witte jas ziet.

 

Dan is dat gewoon het baasje van Eppo, m’n kleinhond!!!!

 

 

Met hartelijke groet, 

 

Rietje 

 

donderdag 27 augustus 2020

De laatste eer

Lieve vrienden, 

 

Soms lees ik iets en denk ik meteen: “Dat heb ik al zo vaak meegemaakt en dat is een waarheid als een koe”. 

 

Want mensen zitten vreemd in elkaar. 

Familieleden maken ruzie met elkaar, maar als iemand overlijdt, worden de mooiste bloemen gestuurd.

Liefst met een groot lint eraan, waarop de afzender, goed en duidelijk leesbaar, vermeld staat. 

 

De ruziemaker praat soms jaren niet met degene, die gaat overlijden, maar opeens gaat hij nog even langs. Nooit heeft hij een teken van liefde gegeven toen de overledene nog fit en gezond was, maar nu huilt hij tranen met tuiten. 

 

Zou de dood kostbaarder zijn dan het leven? 

Hier kun je allerlei theorieën op loslaten. Maar vandaag even niet...

 

Uit ervaring weet ik, dat een mooie afscheidsspeech de grootste eer is, die je kunt bewijzen. Zowel aan de overledene als aan de naasten. 

Velen van jullie weten, dat ik met liefde spreek bij een uitvaart. 

 

Niet omdat ik nou zo blij ben, dat iemand achter de horizon verdween, maar omdat ik vind, dat zoiets goed en met respect moet gebeuren. Op zo een moment geef je iemand iets vanuit je hart. 

 

Als een spreker staat te stuntelen en een soort levensloop van de overledene vertelt, word ik een beetje kriegel. Dan loopt zo iemand ook nog met handgebaren heen en weer. Grrr.

Ooit maakte ik mee, dat iemand een sprookje voorlas…?????

 

Ja, echt hoor. Zeg dan niets en laat het aan iemand over die het wel kan. 

 

Al vele malen hield ik een hand vast aan een sterfbed en voelde de overgang van leven naar dood. Het voor mij zo grote mysterie van het sterven. 

Wanneer het zover is, dat het schip uit het zicht verdwenen is, voel ik het dikwijls als mijn plicht om mijn laatste woorden aan de overledene mee te geven. 

Alle woorden die ik bij zo een gelegenheid sprak, bleven me bij. 

 

De woorden klinken in mijn hoofd, als ik weer eens aan de persoon denk. Net zoals ze bij in me opkwamen, toen ik de speech schreef. 

 

Uit mijn mond, kwam nooit een leugen. Ik maakte het nooit mooier dan het was. 

Van de doden niets dan goeds, maar ook de lelijke eigenschappen noem ik. 

De kring wordt steeds kleiner en ik zal het minder vaak doen nu. Alleen nog op verzoek en in kleine kring. 

 

Maar ik kan wel zeggen dat alle woorden die ik ooit sprak, in welk crematorium ook, uit de grond van mijn hart gekomen zijn. 

 

En zoals zo dikwijls, zegt manlief nu: “Maak er je beroep van”.

 

Maar ja, die hoogte op hè…!

 

Met hartelijke groet,

 

Rietje 

 

 

 

woensdag 26 augustus 2020

Hondenbelasting?

Lieve vrienden, 

 

Als gehoorzame burgers, laten wij de hond altijd uit met een poepzakjeshoudertje aan de riem. 

Keurig worden alle hondendrollen in een zakje, in de daarvoor bestemde bakken gedaan. 

 

Er wordt ook keurig hondenbelasting betaald. 

Want al zou je het niet denken na het volgende stuk geschreven in mijn niet zo keurige taalgebruik, wij zijn best keurige mensen. 

 

De hondenbelasting wordt nu niet meer door ons, maar door de baas van onze kleinhond betaald. 

 

De hond is altijd aangelijnd en loopt alleen los, waar het mag. 

 

Momenteel is het op veel plaatsen verboden om de hond los te laten lopen, vanwege reekalveren, konijnen en andersoortige dieren. 

We zien die beesten hier nooit, maar ze zijn er wel, vertellen de ambtenaren, die ook het licht uit willen laten. Wel ratten zien we, die op het afval afkomen. 

 

In het bos achter ons huis, lopen echter veel zwijnen. Zwijnen op twee poten. 

Van hetzelfde beschermde ras, als de zwijnen die tijdens de hittegolf, onze stranden vulden, met het afval dat ze achterlieten. 

 

Deze zwijnen betalen rioolbelasting en denken dus dat het riool overal is, waar ze lopen. 

 

Asociale viespeuken zijn het!!!!

Niet alleen op het strand en in zee, maar ook in het bos. Smerigheid!!!!!!

 

Overal zie je hopen liggen met een witte papieren vredesvlag met bruine strepen erin. 

De vlag van Zwijnstein. 

 

Te walgelijk voor woorden. 

En wie ruimen dat op? Hondenbezitters!!!

 

Want honden vinden het geweldig om in mensenpoep te rollen. 

 

Met een hond, die volledig onder de drek van die tweepootzwijnen zit, komt een hondenbezitter dan thuis en moet thuis de hond ontdoen van de zwijnenuitwerpselen. Een klus, die vroeg in de morgen niet te doen is zonder over de nek te gaan en de bijbehorende geur blijft ook nog eens in hond en huis hangen. 

 

Zo verschrikkelijk vies!!!

 

Ik stel voor, dat wildpoepers aan de schandpaal genageld worden. 

Dat deze vuilakken alleen nog maar buiten mogen lopen met zo een veelkleurig gehaakt wc-rol-hoedje op het hoofd en een rol pedaalemmerzakken om hun nek. 

Gewoon voor schut. 

Wildplassers krijgen een boete. 

Wildpoepers zouden de bak in moeten. In een cel zonder wc. 

Kunnen ze doen waar ze goed in zijn. 

 

Vieze zwijnen zijn het. 

 

Vinnik!!!!!

 

Ik ga vast haken. Wie helpt? 

 

De oma van Eppo

 

 

dinsdag 25 augustus 2020

Mag het licht uit?

Lieve vrienden, 

 

Mag het licht uit??

Als ik je in mijn armen sluit...

Huub van der Lubbe en de Dijk zongen het. 

 

Als fan van de Dijk en van der Lubbe is dat één van mijn favoriete nummers. 

 

In al haar wijsheid, besloot een minister enkele jaren geleden, dat het licht langs de snelwegen in ons land, wel uit kon blijven gedurende de nachtelijke uren. 

 

De stikdonkere snelwegen bleken gevaarlijker dan men ingeschat had en er was toch meer duister verkeer dan verwacht. 

 

Ook ik was niet senang tijdens een autorit in het pikkedonker. 

 

Gelukkig is er in de IJmond altijd voldoende omgevingslicht, maar toch vind ik de A9 in het duister niet prettig. 

 

Nu lees ik zojuist, dat de verlichting langs 470 km snelweg, dit jaar uitblijft. 

Langs 80 km snelweg is de verlichting weer aangedaan, maar vanwege het Coronavirus, kon het onderzoek naar het effect van de snelweg verlichting op flora en fauna, helaas niet doorgaan. 

Het kabinet wilde het licht op de overige 470km weer aandoen. 

Kwestie van schakelaartje omzetten en tijdschakelaar aanpassen. 

 

Maar alle vogels, grote en kleine dieren, bomen en planten waren plotsklaps luid het lied van de Dijk gaan zingen, toen Ko de boswachter, handhaver van de Wet Natuurbescherming, ze het nieuws kwam vertellen. 

 

De dieren en planten wilden rust tijdens de daad. Rust in de duisternis!!

 

Nou, voorlopig zal ik het moeten doen met het “dashboardlight”

Maar dan wel van Meatloaf en keihard!!!

 

Zal ze krijgen met hun gezeur........Mag het licht uit????

 

Met hartelijke groet, 

 

Rietje

 

 

maandag 24 augustus 2020

Online winkelen

Lieve vrienden,

 

Tegenwoordig koop ik erg veel online. Het winkelen staat me tegen en het online kopen bevalt prima. Behalve schoenen. Die wil ik passen.

Soms denk je iets aan te schaffen dat helemaal naar je zin is, maar als je het pakketje openmaakt kan het een enorme teleurstelling zijn. 


Zo bestelde ik een nieuwe waterkoker. De oude had het na vele jaren trouwe dienst begeven. 

Ik bestelde een mooie, passend bij het koffiezetapparaat.

De volgende dag werd hij bezorgd.

Op de buitenkant van de verpakking stond vermeld RVS met zwart.

Tsja en dan is er een klein stukje RVS en de rest is lichtgrijs kunststof. Ja, dan moet ik toch de andere bestellen.

 

Nu moet hij retour, want anders blijf ik me ergeren. Dus retour online aanmelden en de waterkoker weer in de verpakking.

 

Toen ik hem uitpakte, dacht ik nog dat hij mooi was en heb niet goed opgelet hoe het allemaal zat met de verpakking. Vele kartonnetjes, plekje voor de stekker, een plastic zak, snoer, ach ach, wat een puzzel.

 

En dan kom ik mezelf tegen. Ik kan uren friemelen met bloemen, met een schilderij of een lariekoekje.... Maar dit soort klusjes. Pfffff De druppels liepen langs m’n voorhoofd en m’n handen trilden. Hier word ik zo bloednerveus van. Niet te geloven.

 

En dan denk ik aan mijn moeder en de kerstversiering in de Nieuwjaarsnacht en begrijp het helemaal. Maar dat vertel ik nog wel eens.

 

Ik weet nu van wie ik dat ongeduldige heb.

 

Een aardje naar mijn vaartje, maar met een snoertje ben ik net m’n moertje.

 

Met hartelijke groet,

 

Rietje

 

 

zondag 23 augustus 2020

Een echte vriend

Lieve vrienden, 

 

Op mijn achttiende leerde ik een collega kennen. 

Wij konden het zo goed vinden, dat we vrienden werden. 

Echte vrienden. Vrienden voor het leven. 

 

Vriend kwam boven mijn ouderlijk huis wonen, waar ik hem een zolderkamer bezorgd had. 

Met niemand heb ik zo gelachen als met hem. Kattenkwaad uitgehaald. Veel lief en leed samen gedeeld. 

Hij was een echte levenskunstenaar. Hij wist overal iets van te maken. Hij gaf jaarlijks een feest en sleepte daarvoor straatmuzikanten en acrobaten zijn woning in, om voor een borrel en een hapje op te treden. 

Hij sprenkelde een fles Chablis leeg over een rode wijnvlek in het kleed. Luid roepend: Wat een zonde, wat een zonde!!!

Zo werden alle feesten een soort van Bohemien. 

Wij mochten er altijd bij zijn. 

 

Manlief viel bij hem in de smaak, nadat hij eerst een paar vriendjes van mij de wacht aan had gezegd. Niet goed genoeg voor zijn vriendin. 

Toen mijn zoon werd geboren kreeg hij een zilveren rammelaar van vriend. De volgende 35 jaar een kaart. 

 

Zelf kreeg ik iedere verjaardag een rode roos via de bloemist. Ook belde hij me altijd om voor me te zingen. 

 

Wij hadden een soort satellietverbinding met elkaar. 

Overal kwamen we elkaar tegen. In Portugal, in Singapore, in het AvL. Dan wisten we echt niet van elkaar dat we daar waren. 

 

Op een dag kreeg hij de diagnose Parkinson en verhuisde hij naar zijn geboortedorp in het oosten van het land. Dikwijls zochten we hem daarop en namen we hem mee uit lunchen en als het zo uitkwam reden we een rondje met de Oldtimer. Hij voelde zich dan de baron. De baron die een kroket wilde voor de lunch. 

 

Over de dorpsgek zei hij: ”Die mensen brengen kleur in het leven”. 

 

Hij kon het weten, want in iedere plaats kende hij alleen maar kleurrijke mensen. Geen doorsnee mensen. Geen tante Sjaan en ome Han. Wel circusartiesten en andere bekendheden. Zoals de freule, die zich met een taxi van Den Haag naar Amsterdam liet rijden. Voor zijn verjaardag. De chauffeur bleef wachten....

 

Toen hij niet meer goed kon praten had hij een kaart met een muziekje erin. Als hij mij belde op mijn verjaardag hield hij de kaart voor de telefoon. 

Happy Birthday to you....

 

Had hij geen partner? Hij vertelde het niet en ik vroeg het niet. Ik heb hem nooit met een geliefde gezien of erover gehoord. Wij hielden van elkaar als goede vrienden. 

 

Vier jaar geleden alweer kreeg ik een telefoontje van zijn zus, dat hij overleden was. We werden uitgenodigd voor de uitvaartdienst en de koffietafel en de borrel na afloop.

Bijna alle aanwezigen in de kerk kenden wij van feesten en partijen. Toen de kerkdienst afgelopen was, werden wij verzocht buiten een erehaag te vormen voor onze overleden vriend, toen hij de kerk uitgedragen werd. 

We liepen naar buiten om op de dragers te wachten. 

 

Toen we het kerkplein opkwamen stond daar een jongeman. Helemaal alleen. Zijn betraande gezicht werd verborgen gehouden achter een grote bos rode rozen. 

 

Toen de kist in de auto geschoven was, legde de jongeman snikkend het boeket op de kist. 

 

Niemand wist het, niemand heeft het gevraagd. Niemand heeft erover gesproken. 

 

Arme jongen...

Moederziel alleen schokschouderde hij het kerkplein af, terug in de anonimiteit…. 

 

Met hartelijke groet, 

 

Rietje 

 

 

zaterdag 22 augustus 2020

Aardje naar m'n moertje

Lieve vrienden, 

 

Tegenwoordig koop ik erg veel online. Het winkelen staat me tegen en het online kopen bevalt prima. Behalve schoenen. Die wil ik passen. 

Soms denk je iets aan te schaffen dat helemaal naar je zin is, maar als je het pakketje openmaakt kan het een enorme teleurstelling zijn. Zo bestelde ik een nieuwe waterkoker. De oude had het na vele jaren trouwe dienst begeven. Ik bestelde een mooie, passend bij het koffiezetapparaat. 

De volgende dag werd hij bezorgd. 

Op de buitenkant van de verpakking stond vermeld RVS met zwart. 

Tsja en dan is er een klein stukje RVS en de rest is lichtgrijs kunststof. Ja, dan moet ik toch de andere bestellen. 

 

Hij moet hij retour, want anders blijf ik me ergeren. Dus retour online aanmelden en de waterkoker weer in de verpakking. 

 

Toen ik hem uitpakte, dacht ik nog dat hij mooi was en heb niet goed opgelet hoe het allemaal zat met de verpakking. Vele kartonnetjes, plekje voor de stekker, een plastic zak, snoer, ach ach, wat een puzzel. 

 

En dan kom ik mezelf tegen. Ik kan uren friemelen met bloemen, met een schilderij of een lariekoekje.... Maar dit soort klusjes. Pfffff 

De druppels liepen langs m’n voorhoofd en m’n handen trilden. Hier word ik zo bloednerveus van. Niet te geloven. 

 

En dan denk ik aan mijn moeder en de kerstversiering in de Nieuwjaarsnacht en begrijp het helemaal. Maar dat vertel ik nog wel eens. 

 

Ik weet nu van wie ik dat ongeduldige heb. 

 

Een aardje naar mijn vaartje,

maar met een snoertje ben ik net m’n moertje. 

 

Met hartelijke groet,

 

Rietje 

 

 

Stolperstein

Lieve vrienden, 

 

Jaren geleden struikelde ik er letterlijk bijna over. Schuin tegenover het ziekenhuis bij mij in de straat. Op het trottoir ligt een stolperstein. 

Een koperen gedenkplaatje tussen de tegels waarop geschreven staat dat op die plek een Joodse man vermoord werd. Hij woonde daar. 

 

Nu lees ik in de krant, dat in een andere plaats in ons land twee van dergelijke “steentjes” onder het asfalt bedolven zijn. Gewoon eroverheen gekiept. Teer en grind. 

 

Dat had niet mogen gebeuren, staat er als excuus bij. Tsja...,

Maar het is gebeurd. 

Buurtbewoners maakten de gemeente er attent op en de aannemer zal de schade herstellen. 

Ze waren over het hoofd gezien. 

Een beetje een raar gevoel krijg ik daarvan. Een boze blik kan ik niet onderdrukken. 

Maar het zal wel weer goed komen. Het is al zo lang geleden. 

Toch, als de naam van een dierbare erop staat, zal het bij de nabestaanden hard aangekomen zijn. 

Het litteken is een heel klein stukje opengehaald. 

Het zal wel weer over gaan... maar het klinkt toch een beetje als:

“Wir haben es nicht gewusst”. 

 

Groet, 

 

Rietje

 

 

vrijdag 21 augustus 2020

99 en 69

Lieve vrienden, 

 

Je zal het toch meemaken dat je middelste kind 69 wordt.

 

De oudste verloor je 12 jaar geleden al. 

Je maakt het mee en je bent het vergeten. 

 

Je had het helemaal niet meer mee willen maken. 

Je bent 99, moe en versleten. Je bent op! 

 

Je wil niet meer. Je bent al te lang hier. 

“Breng me maar weg”, zeg je. “Laat me alsjeblieft gaan. Ik heb geen energie meer. Ik ben op”.

 

Ach, 99......

 

Alles zien komen en velen zien gaan. Niemand meer met wie je herinneringen op kunt halen. 

 

Je denkt dat je nog thuis woont. Je vertelt over vader en moeder. Je vertelt, wat wij nog niet wisten. 

 

Je vertelt over de zusters die in de nacht jouw puzzelboekje invullen en bij je op de kamer 

 

 

Ja, je bent moe. Je gaat weer liggen. Wachten....wachten totdat hij je komt halen. 

En je weet zeker dat er dan gezegd wordt: Ben je daar eindelijk... kon je weer niet wegkomen. 

 

Je was lang hier. Te lang. 

 

Wij gunnen het je, maar jouw klokje tikt en tikt en tikt....

 

Gefeliciteerd met je zoon. 

 

Rietje

 

donderdag 20 augustus 2020

Overlevingsmodus

Lieve vrienden, 

 

Gisteren was het programma “Sta op tegen kanker” op tv. 

Ik heb er niet naar willen kijken. 

Dan zie je allemaal bekende mensen Ooh en Aaah roepen en denk ik: “je weet niet waar je het over hebt”. 

Want als je het zelf niet aan den lijve ondervonden hebt, kun je je er geen voorstelling van maken. 

Ook niet als je partner het (gehad) heeft. 

 

Het is zo anders als je het zelf hebt. 

Nadat er twee keer tegen mij gezegd is, dat ik kanker had, ben ik gepokt en gemazeld op dat gebied. 

Vroeger, toen er nog kuilen waren en geen drempels, dacht ik: Als ik dat bericht krijg, ga ik in een hoekje zitten huilen, totdat ik doodga. Dan kan ik niks meer en doe ik niks meer. Maar in werkelijkheid moest ik anderen steunen. 

 

De eerste keer dat ik het bericht kreeg, was met een onverwacht telefoontje van de oncologe. Oh? Antwoordde ik. 

Kunnen jullie nog iets voor me betekenen? Ja hoor! 

Nou, toen ging de overlevingsmodus aan en heb ik het hele behandelingstraject doorstaan, zonder een traan te laten. 

 

Zeventien jaar later was de tweede keer en weer stapte ik op de trein en stapte een half jaar later uit. Geen traan. Niks. Heel veel klachten, dat wel, maar dat was voor het goede doel. 

 

Alleen de reacties van de omgeving zijn apart. 

Want ook de tweede keer waren er mensen, die er niet mee om konden gaan. Zo raak je dus “echte” vrienden kwijt. 

Mensen waarvan je het niet verwacht had. Iemand zei zelfs: ”Ik wil een vriendin, waar ik mee kan lachen en shoppen”.

Dan ben je toch meteen klaar?

 

Gaat het een beetje? Mwah.... Fysiek moet het zo zijn. Ik neem het zoals het is, want ik heb geen keuze.

 

Maar het spook zit voor de rest van je leven in je hoofd. 

Het is gek. Op het moment dat de ziekte ontdekt wordt, voel je dikwijls niets, tenzij je te lang met klachten blijft lopen. 

Maar van de nabehandelingen word je een ander mens. 

 

Het medicijn is dikwijls erger dan de kwaal. 

En vlak voor iedere controle komt het sprookje weer even gedag zeggen. Je dacht er niet aan, totdat je in de wachtkamer zit voor de uitslag. Dan loop er iemand langs met een infuus aan een paal en gaan je gedachten met je op de loop. 

Als je de naaste van de patiënt bent, kun je iets liefs zeggen of iets bemoedigends. (Helpt niet, maar dat weet je niet)

Maar als je zelf patiënt bent, heb je al achttien keer je eigen uitvaart geregeld en je eigen rouwadvertentie geschreven in je hoofd. 

Dan vraag je je af wie er zullen komen. 

 

En zal ik jullie eens wat vertellen? Je lijstje wordt steeds korter. 

Want dat is een beetje eigen aan kankerpatiënten, je leeft bewuster en mensen die je alleen ziet vanwege de schone schijn mogen wel wegblijven. 

 

Je geniet van al het kleine, want aan het grote denk je niet meer. 

 Alleen de mensen die echt van je houden, doen er nog toe. 

 

Waarom? Omdat dat degenen zijn, voor wie je de behandeltrajecten in gaat. Degenen van wie je houdt en voor wie je wilt blijven leven. 

 

Velen redden het niet, maar ik zie gelukkig al jaren de zon weer opkomen en al die jaren ben ik dankbaar voor iedere nieuwe dag. Ik zie de zon, al schijnt ze niet, zong Eddy Christiani ooit. 

 

Want met de zon in je hart heb je altijd mooi weer!!!!

 

Met hartelijke groet,

 

Rietje

 

 

woensdag 19 augustus 2020

Gezondheid of Liefde

Lieve vrienden, 

 

Als ik toch eens rijk was....

Dat schreef ik een gisteren.

Maar het spreekwoord luidt: Geld maakt niet gelukkig.

 

Ik las een tekst van Jan Peter Roël en die wil ik jullie niet onthouden. 

 

Geld. 

Je kunt een bed kopen, maar geen dromen.

Je kunt een horloge kopen, maar geen tijd.

Je kunt een boek kopen, maar geen intelligentie.

Je kunt een positie kopen, maar geen respect.

Je kunt een medicijn kopen, maar geen gezondheid.

Je kunt alle materiële dingen kopen, maar geen liefde. 

 

Zo waar is het bovenstaande. 

Maar zoveel mensen realiseren zich niet, dat dat zo is. 

 

Ze zien iemand die het goed heeft en hebben een oordeel klaar. Die zal wel….

Ze kruipen in een soort slachtofferrol. De eeuwige Calimero, zal ik maar zeggen. 

 

Rijke stinkerd. Zal wel dit of dat hebben….

Maar dikwijls, als hen gevraagd wordt of ze willen ruilen, blijven ze het antwoord schuldig. Ze denken van wel, maar als ze verder kijken dan hun neus lang is, bedenken ze zich snel, want ieder huisje heeft z’n kruisje, ook al zie je dat niet. 

Best naar, als je de zon niet in het water kunt zien schijnen. Goddank herken ik dit zelf niet. 

 

Dan vraag ik me af, wat ik zelf het belangrijkste vind en ik kan slecht kiezen tussen twee dingen. 

 

Gezondheid of Liefde? 

Het is een moeilijke keuze. 

Ik zou alles willen geven om helemaal gezond te zijn. Maar dat komt omdat ik me gezegend weet met mensen om me heen, die me liefde geven. 

Maar als ik gezond was en geen liefde kreeg, zou ik heel erg ongelukkig zijn. 

 

Zelfs als je niet gezond bent, kun je toch veel liefde geven en dan krijg je het vanzelf terug. 

Maar zonder liefde wordt een mens ziek van eenzaamheid en verdriet. 

Want er valt behalve geld, niets te geven en niets te ontvangen. 

 

Dus ik kies Liefde. 

Want wanneer je liefde ontvangt en als zodanig herkent, ben je rijker dan je denkt. 

 

Met liefdevolle groet, 

 

Rietje