maandag 3 mei 2021

Kunstgebit

Lieve vrienden, 

 

Je kunt me niet harder laten lachen dan om een kunstgebit. Een klapper. 

Vooral als het loopings maakt in iemands mond. Of als iemand het spontaan uitspuugt tijdens een lachbui. 

 

Mensen die er niet om kunnen lachen, zitten nu serieus en zuur te kijken. 

Dat zijn de mensen die het ook steevast prothese noemen. 

Ik noem het dus een kunstgebit of klapper. 

 

Toen mijn moeder op haar laatste ziekbed lag, braakte ze haar gebit uit. 

Het bakje werd door een jonge verpleegkundige leeg gekiept in het toilet en toen meteen doorgespoeld. Weg gebit!

 

Het verdriet om het naderende einde oversteeg mijn lachen om het verloren gaan van de klapper. Vloeibaar werd het devies. 

Tsja. 

 

Mijn man opperde enkele dagen geleden om even een nieuwe uit te zoeken om een spoorloos verdwenen helft van iemands kunstgebit te vervangen. 

Zijn verbaasde gezicht bij mijn opmerking, dat bij Noppes bakken vol staan, maakte dat ik het niet droog hield. 

 

Ach, soms ligt de humor op straat. 

 

Steeds weer schiet ik in de lach, als ik eraan denk dat hij staat te grabbelen in zo een bak om een klein maatje te zoeken. 

En er dan een paar mee te nemen om te kijken welke het beste past. 

 

Tranen over mijn wangen van het lachen. 

 

Zo onvoorstelbaar naïef van mijn lief. 

Maar ook zo onvoorstelbaar smerig. 

Met een beetje mazzel verkopen ze er een buis Steradent bruis bij. De ontsmettende versie. Om de stukjes sparerib ertussenuit te laten zweven. 

 

Getverdegetver. Zo vies en zo komisch. 

 

Ach, een kinderhand is gauw gevuld hoor, bij iemand met zo een achterlijk gevoel voor humor als ik heb. 

En ja, bij dit soort dingen ben ik net een kind. 

Kan ik mijn fantasie niet in toom houden. 

Kan ik alleen maar gieren als ik hoor, dat het ook niet onder het bed lag. 

 

Dat wordt vloeibaar. 

Ik heb nog wel een blender. 

Een prak bak. 

 

Met hoopvolle groet en blijf gezond, 

 

Rietje

Geen opmerkingen:

Een reactie posten